Bijdrage Debat jaarrekening

De rekeningcommissie heeft haar werk gedaan en advies uitgebracht. Wij danken de rekeningcommissie voor het vele werk dat zij heeft verricht. Wij ondersteunen de aanbevelingen die zij heeft gedaan. 


We willen nog wel even aandacht vragen voor de risicoreserve en de bijbehorende ratio. Wij ondersteunen de gedachte om naar de ratio van 1.4 te gaan, en dat kan naar ons inzicht uitstekend bij een volgend moment in de planning en controle cyclus. We hebben immers voldoende veiligheid in de beschikbare algemene reserve.


De cijfermatige uitkomsten zonder de externe schommelingen komen al weer veel dichter bij de begrote cijfers dan voorheen. Het gaat blijkbaar goed met realistisch begroten en het melden van de afwijkingen bij de Bestuursrapportage. Dat is goed.


Ten aanzien van de externe schommelingen vinden wij het opvallend misschien zelfs wel vreemd dat iets dat de accountant al jaren goed vindt, zonder dat er materieel iets verandert, nu ineens anders moet. Dat geeft rare sprongen in het resultaat en is niet iets waar we als gemeente iets aan kunnen doen. 


Bij een eerder moment hebben wij de toezegging gekregen dat er gekeken gaat worden naar hoe hoog de reserves van de gemeente moeten zijn voor een goede bedrijfsvoering. Wij willen geen over matige spaarpotten opbouwen. Wij vragen het college nogmaals met dat onderzoek te komen.(wanneer)

Dan nog een opm. over het proces en de hoeveelheid vragen. De bedoeling van de extra voorlichtende bijeenkomst was om te kijken of we wellicht de hoeveelheid vragen kunnen verminderen. Dat blijkt lastig. In mijn ogen moet de Raad het werk van de rekeningcommissie niet overdoen. Als we met elkaar besluiten dat we zelf in de Raad de vragen willen stellen dan moeten we wellicht de commissie opheffen. Als we dat niet willen, en de commissie dus haar werk laten doen,  moeten we wellicht bezien of we de verordening van de commissie zo verruimen dat daar alle, dus niet alleen de technisch/financiĆ«le vragen maar ook de meer verslagmatige vragen over het al of niet behalen van doelen worden gesteld. Zij kan daar dan ook verslag over uitbrengen en het debat wat te doen met het al of niet behalen van doelen kan dan in de Raad plaatsvinden. 


Het volgende punt is de accountantsverklaring. Althans het gebrek daaraan.  Voorzitter wij verbazen ons over de werkwijze van onze accountant. Het is goed dat wij daar als Raad kritisch in staan en kunnen ons voorstellen dat als de accountant zijn afspraken niet nakomt de rekening niet betaald wordt. Het ontbreken van de verklaring plaatst ons in een lastig parket. Ik kan als Raadslid niet mijn goedkeuring geven aan de jaarstukken als de accountantsverklaring ontbreekt. Dat mag ik volgens de gemeentewet zelfs niet. Ik overtreed de wet als ik dat doe. Ik wil de wet niet overtreden. 


De oplossing die nu lijkt gevonden, we besluiten over de jaarrekening zonder accountantsverklaring ondervoorbehoud van de accountants verklaring is wat ons betreft een kunstgreep die geen schoonheidsprijs verdient. Voorzitter in de discussies van de afgelopen dagen werd ik op de analogie van het kopen van een huis onder voorbehoud van diverse te benoemen voorwaarden gewezen. Dat heeft mij ervan overtuigd dat we dit besluit veilig kunnen nemen. Ik heb ook begrepen dat de VNG en de toezichthouder bij  de provincie zich kunnen vinden in deze route. Sterker nog ze raden hem in deze situatie aan. Ik spreek oprecht de hoop uit dat we dit volgend jaar beter regelen. 


Tot slot vrz Om een en ander helder te maken voorzitter met dit besluit kunnen we naar aanleiding van de accountantsverklaring ook als die goedkeurend is in september nog wijzigingen aanbrengen in het jaarverslag en de jaarrekening van 2015. Als die wijzigingen dan nog effecten moeten hebben voor de huidige begroting  2016 danwel de begroting 2017 dan kunnen die op dat moment nog worden meegenomen.