Hoe om te gaan met de bezuinigingen en lastenverzwaring?

Gisteren gingen we met elkaar in gesprek over het document dat de gemoederen in deze raad al maandenlang bezighoudt: de Solide Kadernota 2025. We hebben eerste besluiten genomen richting de bezuinigingen en lastenverzwaringen die eraan zitten te komen. Na het vaststellen van de Programmabegroting afgelopen november is het besef bij de raad – dat er nu echt wat moet gebeuren aan onze financiële situatie– langzaam gaan groeien.

De financiële vooruitzichten lieten al enige jaren een somber beeld zien, een beeld dat afgelopen jaar nog somberder is geworden. Enerzijds door de teruglopende bijdragen uit Den Haag, en anderzijds ook echt door ons eigen handelen. In het kort: ons huishoudboekje is – nog steeds - niet op orde. 

Gelijktijdig tekende een ander proces zich af in de maanden die volgden; een proces dat – wat ons betreft – kenmerkend is voor de identiteit en signatuur van onze raad. Hoe meer bewustzijn er ontstond over onze zorgelijke financiële situatie – en dat wij als raad aan de lat stonden om samen hiervoor een oplossing te bedenken – hoe meer de saamhorigheid tussen de fracties begon te groeien. We moesten het samen doen: samen de schouders eronder zetten om samen voor onze inwoners het beste te bereiken. Politieke belangen verdwenen steeds meer naar de achtergrond, en het algemeen belang (‘we zitten hier voor onze inwoners’) kwam steeds meer centraal te staan. Onze fractie heeft vaak gedacht: dat is waar onze kleine raad groot in is – alle ego’s opzij en samen op de bres voor onze inwoners – want daar doen we het immers voor.

Ook de werkgroepen rondom Slagkracht in samenwerking lieten vol enthousiasme en overtuiging datzelfde beeld zien. Een mooie startpositie in aanloop naar het behandelen van de Solide kadernota. Raad, college en organisatie samen in actie om door optimale samenwerking de beste uitkomsten voor onze inwoners te garanderen. Zó belangrijk – juist nu!

Vervolgens kwamen in het voorjaar de koersnota’s in beeld, de eerste stresstest voor de raad: zouden we elkaars samenwerking blijven zoeken? Staan we nog steeds samen aan de lat? En ook die test zijn we samen goed doorgekomen; fracties bleven elkaar zoeken, wisselden meningen en overtuigingen uit, gunden elkaar wat en bereikten in de meeste gevallen consensus over de voorliggende onderwerpen en uitdagingen. So far so good – onze raad leek klaar voor de behandeling van het stuk dat onze financiële positie – eindelijk – zou gaan verbeteren, nu en op de lange termijn.

Over de Kadernota is onze fractie altijd duidelijk geweest: wij zoeken balans. Balans in lastenverzwaringen en bezuinigingen. Balans in het evenredig verdelen van de pijn. Balans in stevige acties voor het hier en nu, en acties voor de toekomst. Balans, dat is het uitgangspunt waar onze fractie voor staat – en waar onze fractie (na alle gezamenlijke avonden over ‘hoe moet de solide kadernota er wat ons betreft uit zien’) ook vanuit gegaan is.

Wij nemen u nu mee in enkele overwegingen van onze fractie:

Het proces rondom de kadernota is wat ons betreft niet goed verlopen. Stukken werden later aangeleverd, vragen oppervlakkig of helemaal niet beantwoord en raad en college leken afgelopen weken steeds verder uit elkaar te groeien. Wij hebben ons meerdere malen afgevraagd: Wat is er overgebleven van alle goede voornemens wat betreft ‘Slagkracht in samenwerking’?

Daarnaast is de gebrekkige communicatie naar de raad niet de enige communicatie die niet naar behoren verlopen is: alle 20+ (muziek, sport en vrijwilligers) organisaties zie zich als inspreker gemeld hebben afgelopen weken laten allemaal hetzelfde beeld zien: alle voorgenomen bezuinigingen hebben we uit de (sociale) media en de krant moeten vernemen, de gemeente heeft niet de moeite genomen om ons even persoonlijk op de hoogte te brengen.

En dan de reden waarom er zoveel inwoners zich meldden om in te spreken: de voorgenomen bezuinigingen doen een majeure aanslag op ons sociale middenveld. Alle verenigingen, mantelzorgorganisaties en inloophuizen worden zo zwaar getroffen dat we straks geen middenveld meer over hebben – terwijl deze organisaties een wezenlijk en essentieel onderdeel uitmaken van ons Rhedens model. Met andere woorden: zij ontzorgen de gemeente bij het verstrekken van zorg. Kaalslag in het sociale middenveld is in onze optiek ‘penny wise pound foolish’ of in goed Nederlands: goedkoop is duurkoop. Daarnaast vragen wij ons oprecht af wát precies de visie van ons college is achter deze vaak onomkeerbare besluiten. 

Ook valt het op dat veel zaken in de kadernota niet concreet zijn gemaakt en onduidelijk zijn of de bezuinigingen daadwerkelijk uitgevoerd gaan worden. De concrete voorstellen die wél gedaan worden zijn allemaal lastenverzwaringen voor inwoners. 

IN tegenstelling wat men wellicht van onze fractie denkt – dat wij sowieso tegen verhoging zijn van de OZB – wil ik hierover wat kwijt. Wij begrijpen dat – in de huidige financiële situatie – de OZB zal moeten stijgen naar het Gelderse gemiddelde. We staan immers samen aan de lat om uit deze financiële impasse te komen en dus – met pijn in het hart – begrijpen wij dit besluit. Maar we zoeken hierin wel de balans. 

Liever hadden wij gezien dat de OZB-verhoging gefaseerd was ingevoerd – en dat er meer concrete bezuinigingen waren voorgesteld - zodat we met de mogelijke ruimte in de OZB altijd een ‘appeltje voor de dorst’ hadden gehad om onverwachte financiële tegenvallers op te vangen. 

Naast de forse lastenverzwaringen die onze inwoners gaan treffen, krijgt onze fractie sterk de indruk dat ons college er alles aan doet om onze organisatie tegen bezuinigingen te beschermen. Nog steeds staan er meerdere vacatures open, en de beloofde personele aanpassingen kunnen wij in deze kadernota helaas niet terugvinden.

Tegenover concrete lastenverzwaringen moeten ook concrete bezuinigingen staan. Dat maakt deze kadernota voor ons lastig om te lezen en te begrijpen – globale kaders en zeer specifieke aanpassingen lopen veelvuldig door elkaar heen.


Als laatste rest ons de vraag waar we met deze kadernota naartoe gaan. Waar staan we over drie jaar als alle beoogde aanpassingen realiteit zijn geworden? Welk verhaal vertellen wij onze inwoners als alle sport- en muziekverenigingen opgeheven zijn, onze mantelzorgers afgehaakt en onze inloophuizen gesloten zijn? Kunnen we de consequenties van onze keuzes op dit moment overzien – of varen we (toch maar weer eens een door het college zo geliefde zeevaart term te gebruiken) met volle overtuiging blind in de mist in de hoop dat de zandbanken en rotsen zich aan de goede kant van onze boot bevinden…

Tot slot wil onze fractie een wens uitspreken. Onze raad is een goedmoedige raad, en een ruimhartige raad. Onze raad heeft afgelopen jaren laten zien dat we samen kunnen werken, elkaar weten te vinden en elkaar wat gunnen, en dat – welke politieke kleur je ook hebt – we allemaal toch hetzelfde nastreven, namelijk: het allerbeste voor onze inwoners. Dat hoop ik vandaag te zien (en het amendement dat gisteren door de GL, PvdA, GPRB, D66 en de CU is ingediend doet ons vermoeden dat wij in deze wens niet alleen staan).

Conclusie:

Als VVD hebben wij samen met GL, PvdA, GPRB, D66 en de CU het amendement ingediend om maar een deel van de kadernota vast te stellen. Dit zorgt er in onze optiek voor dat veel bezuinigingen momenteel niet vast liggen en de raad duidelijk maakt het niet eens te zijn met aantal voorgestelde bezuinigingen op het sociaal middenveld. Het college van burgemeester en wethouders moeten in gesprek gaan met inwoners om nieuwe maatregelen te bedenken. Daarnaast zijn veel van onze voorgestelde bezuiniging ideeën door het college overgenomen en worden die verder onderzocht komende tijd.